IETS MOOIS ...
IN GEDACHTEN
De vrouw die aan het centraal station tevergeefs op haar date wachtte.
De tooghanger die zijn ideeën deelde, soms geniaal maar meestal ondoordachte.
Olijke feestvierders die het gemeste kalf én de kip met de gouden eieren slachtten.
De buurman die renoveerde, al bezorgde hij ons vele slapeloze nachten.
De eerlijke vinders die het belachelijk dure horloge netjes terug brachten.
De voetballer die na een mislukte omhaal verder speeldege, ongeacht
de supporters die honend lachten.
HADDEN ZIJ NIET ALLEN IETS MOOIS IN GEDACHTEN?
De werkloze die elke sollicitatiebrief geduldig begon met “Geachte“,
De bakker die elke zondag croissants bakte, zo van die boterzachte.
De kompels die dag en nacht wroetten in de mijnschachten.
Taakleerkrachten.
De IT-er die zijn talent wijdde aan meer privacy tijdens zoekopdrachten.
De hulpdiensten die vochten tegen de ontketende natuurkrachten.
Het interimkantoor dat begaan was met zijn uitzendkrachten.
De virologen, in hun strijd tegen virussen die ziektes overbrachtten.
OOK ZIJ HADDEN ZOVEEL MOOIS IN GEDACHTEN!
De rechter die begrip toonde voor recidiverende verdachten.
(Het kom haar niet schelen, al noemde de anderen haar een halve zachte).
De journalist die consequent fakenews ontkrachtte.
De studentenclub die verzaakte aan het dopen van schachten.
De regering die een afkeer had van volmachten.
De grensbewakers die vluchtelingen met warme soep opwachten.
De suffragettes en hun emancipatie gedachten.
De uitvinder van de scheiding der machten.
De verzetslui die treinen saboteerden die gevangenen naar hun noodlot brachten.
De soldaat die een striemende aanklacht schreef, rillend in de loopgrachten.
Martin Luther die in zijn dromen hardop gelijkheid verwachtte.
Activisten die het klimaat als hoogste goed achten.
Alle mensen, van zwart tot wit, die compromisloos racisme verachten.
NGO’s die misleide moeders en hun kinderen terug naar huis brachten.
De vrouwen die voor het eerst METOO hashtagten.
HOEVEEL MOOIS HADDEN ZIJ WEL NIET IN GEDACHTEN!
Sheherazade, ge weet wel, die van duizend-en-een nachten.
De sprookjeskoning, een leider, die nimmer iets beneden zijn stand achtte.
De componist en zijn muziek die beiden, naar eigen zeggen, zeden verzachten.
De dichter die het schaars publiek telkens bedient met troostende voordrachten.
De top-DJ die een benefiet draait, zonder enige bijgedachte.
De onovertroffen comedian, het publiek dat onafgebroken schaterlachte.
Zelfs, ja zelfs …. het moet dan maar gezegd ….
zelfs de organisatoren van opgepompte talentenjachten.
HADDEN ZIJ NIET ALLEN IETS MOOIS IN GEDACHTEN?
